Borchling, Conrad

Persoon
Winfried Dolderer / Jaap Grave (2023, herwerking), Winfried Dolderer (1998)

De Nederduitse filoloog Conrad Borchling (1872-1946) toonde al vóór de Eerste Wereldoorlog belangstelling voor de Vlaamse beweging en was in oktober 1914 een van de eersten om een splitsing van België te bepleiten.

Geboorte
Hitzacker, 20 maart 1872
Overlijden
Hamburg, 1 november 1946
Leestijd: 5 minuten

Conrad Borchling was vanaf 1910 professor voor Nederduitse taal- en letterkunde aan het koloniaal instituut, de latere universiteit, in Hamburg, en bovendien actief in de Nederduitse taalbeweging. Hij promoveerde in 1897 bij de conservatieve hoogleraar Gustav Roethe en habiliteerde zich zes jaar later bij Edward Schröder, die beiden tijdens de Eerste Wereldoorlog enkele keren op uitnodiging van de Duitse regering voor besprekingen in België waren. Via Roethe kreeg Borchling van de Königliche Gesellschaft der Wissenschaften de opdracht een overzicht samen te stellen van Middelnederduitse handschriften in Scandinavië, Nederland, Noord-Duitsland en het Rijnland. Over de reizen die hij voor dit project maakte, publiceerde hij tussen 1898 en 1913 verschillende ‘reisverslagen’. Tijdens deze reizen heeft hij zijn netwerk uitgebreid. Hij was bijzonder geïnteresseerd in Vlaanderen, waarover hij al in 1911 lezingen gaf.

Uiterlijk vanaf 1913 was Borchling lid van de Hamburgse Platduitse vereniging Quickborn Quickborn
De Platduitse vereniging Quickborn toonde vanaf de Eerste Wereldoorlog blijvende belangstelling voor de Vlaamse beweging en voor de Nederlanden in het algemeen. Lees meer
. Over de Vlaamse kwestie hield hij al in maart 1911 een lezing in Hamburg. In oktober van dat jaar nam hij in Gent als afgevaardigde van de Vereniging voor Nederduitse Taalkunde deel aan de viering bij het vijfentwintigjarige bestaan van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde
De Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde (KANTL, 1886) is een instelling die zich in de loop van haar geschiedenis heeft ingezet zowel voor taalculturele, -wetenschappeli... Lees meer
. Een verslag over de plechtigheid publiceerde hij in een Hamburgse krant. In 1912 hield Borchling een voordracht ter gelegenheid van de honderdste verjaardag van Hendrik Conscience Conscience, Hendrik
Hendrik Conscience (1812-1883) was de eerste auteur die het in België aandurfde een roman in het Nederlands te schrijven en te publiceren. Zijn oeuvre van zo’n 65 romans, dat ook een bred... Lees meer
. In hetzelfde jaar zorgde hij voor de oprichting van een Nederlands lectoraat aan de Hamburgse hogeschool. Gezien Borchlings bijzondere belangstelling voor Vlaanderen is het opvallend dat hij tot 1934, toen Anton Jacob lector werd in Hamburgn alleen lectoren uit Nederland benoemde.

Op 9 oktober 1914, de dag van de capitulatie van Antwerpen, hield hij in Hamburg een voordracht over ‘het Belgische probleem’, die in 1914 in druk zou verschijnen. Het was een van de eerste Duitse oorlogspublicaties over de geschiedenis van de Vlaamse beweging, waarop gedurende de jaren tot eind 1918 een hele literatuur van soortgelijk imperialistisch allooi zou volgen. Borchling bepleitte een onafhankelijk Vlaanderen als zelfstandige Nederduitse staat met Antwerpen als hoofdstad, uiteraard onder Duitse voogdij. Een autonoom Vlaanderen binnen een Belgische federatie zag hij als noodoplossing indien de opheffing van België niet haalbaar was. De Duitsers waren volgens Borchling verplicht om de Vlamingen van de verfransing te redden. De Vlamingen op hun beurt dienden weer te beseffen dat ze deel uitmaakten van het ‘Nederduitse volk en de Duitse cultuur’. Pogingen tot verduitsing moesten echter achterwege blijven.

Tussen november 1914 en maart 1916 hield Borchling voor Platduitse verenigingen nog ten minste vijf lezingen over de Vlaamse beweging en Vlaamse letterkunde. De Nederduitsers hadden volgens hem in de oorlog in bijzondere mate de taak een geestelijke brug te slaan naar Vlaanderen. Begin 1916 bepleitte hij een Platduitse eenheidsspelling die op Nederlandse leest geschoeid zou zijn. Rond dezelfde tijd bracht hij een bezoek aan bezet België.

Borchlings onderzoek naar dialecten bracht hem diverse keren naar het krijgsgevangenenkamp in Göttingen. Net als sommige van zijn collega’s uit de germanistiek in Duitsland behandelde hij onderwerpen over Vlaanderen in zijn colleges, waaronder ‘Geschiedenis van de Vlaamse literatuur’ (1913-1914) en ‘De Nederlandse stam in zijn historisch en literair karakter’ (1917/18).

In 1917 werd hij bestuurslid van de Deutsch-Flämische Gesellschaft Deutsch-Flämische Gesellschaft
De Deutsch-Flämische Gesellschaft Was een propagandaorganisatie voor de Duitse Flamenpolitik in de Eerste Wereldoorlog die actief was tussen 1917 en 1922. Lees meer
. Ook na 1918 bleef Borchling het contact met Vlaamse vakgenoten onderhouden. Hij spande zich in de tussenoorlogse periode onder meer in voor ontmoetingen tussen Vlaamse en Noord-Duitse studenten. Borchling ging in 1938 met emeritaat, maar hij verving van 1939-1945 zijn opvolger Hans Teske, die in 1941 en 1942 gasthoogleraar was aan de universiteit Brussel en werkzaam was voor de propaganda-afdeling in België. In 1946 werd Borchling, die in 1933 lid van de NSDAP was geworden, door het Britse militaire bestuur uit zijn functie gezet en tijdens zijn leven niet gerehabiliteerd.

Werken

Das belgische Problem, 1915.
– 'Unser niederdeutscher Landsturm in Belgien', in Mitteilungen aus dem Quickborn, jg. 8, nr. 3 (1915), p. 114-115.
– 'Hendrik Conscience', in Mitteilungen aus dem Quickborn, jg. 9, nr. 3 (1916), p. 86-94.
– 'Zur Schroibung der Wörter Vlamen, vlämisch, Vlandern', in Norddeutsche Monatshefte, jg. 3 (1916), p. 396-400.
– 'De Nederduitsche Beweging', in Ons Leven, jg. 47, nr. 23 (1935), p. 488-490.

Literatuur

– Nederduitsche Beweging. Een rede van Prof. Borchling. Het Derde Rijk een gunstige bodem voor het Nederduits, in: De Schelde. Vlaams Nationaal Dagblad, 11 maart 1935.
– R.P. Oszwald (red.), Deutsch-Niederländische Symphonie, 1937.
– G. de Smet, Conrad Borchling und die Niederlande‘, in: Prof. Dr. Conrad Borchling 1872-1946, 1972, pp. 56-64.
– L. Buning, 'De Quickborn en Vlaanderen', in: WT. Tijdschrift over de geschiedenis van de Vlaamse beweging, jg. 35, 1976, nr. 2-3, pp. 81-102.
– W. Dolderer, Deutscher Imperialismus und belgischer Nationalitätenkonflikt (Kasseler Forschungen zur Zeitgeschichte, nr. 7, 1989).
– H. Menke, Borchling Conrad, in: C. König (red.) Internationales Germanistenlexikon, 2003, pp. 239-242.
– M. Richter, Zwischen Allgemeinem Vorlesungswesen und Kolonialinstitut zur Vorgeschichte eines Deutschen Seminars, in: M. Richter & M. Nottscheid in Verbindung mit H. Müller & I. Schröder (red.), 100 Jahre Germanistik in Hamburg. Traditionen und Perspektiven (Hamburger Beiträge zur Wissenschaftsgeschichte, nr. 19, 2011), pp. 37-64.
– I. Schröder, ‚Mit besonderer Rücksicht des Niederdeutschen und des Niederländischen‘. Conrad Borchling und der Ausbau des Deutschen Seminars, in: M. Richter & M. Nottscheid in Verbindung mit H. Müller & I. Schröder (red.), 100 Jahre Germanistik in Hamburg. Traditionen und Perspektiven (Hamburger Beiträge zur Wissenschaftsgeschichte, nr. 19, 2011), pp. 65-80.
– B. Yammine, Drang nach Westen. De fundamenten van den Duitse Flamenpolitik, 2011.
– J. Müller, Die importierte Nation. Deutschland und die Entstehung des flämischen Nationalismus, 2020.
– B. Yammine, Fake news in oorlogstijd. Duitse mediamanipulatie en de Flamenpolitik, 2021.

Suggestie doorgeven

1998: Winfried Dolderer (pdf)

2023: Winfried Dolderer / Jaap Grave

Databanken

Inhoudstafel