Vlaams Gewest

Gebied
Martine Goossens (2023)

Het Vlaams Gewest (sinds 1980) is een politieke deelstaat waarvan de bevoegdheden betrekking hebben op grondgebonden aangelegenheden zoals ruimtelijke ordening, leefmilieu en economisch beleid. De Vlaamse Gemeenschap oefent echter ook de bevoegdheden van het Vlaams Gewest uit.

Bovenliggend gebied
België
Leestijd: 4 minuten

Om tegemoet te komen aan de Waalse eis van economisch zelfbestuur legde de staatshervorming Staatshervorming
Tussen 1970 en vandaag werden zes staatshervormingen doorgevoerd die België omvormden van een unitaire in een federale staat met drie gewesten, het Vlaamse, het Waalse en het Brussels Hoo... Lees meer
van 1970 niet alleen de basis voor de ‘gemeenschapsvorming’ (zie Vlaamse Gemeenschap Vlaamse Gemeenschap
De Vlaamse Gemeenschap (1980) is een van de drie gemeenschappen in België (naast de Franse en Duitstalige Gemeenschap) die bevoegd is voor de zogenaamde ‘persoonsgebonden aangelegenheden’... Lees meer
), maar ook voor de ‘gewestvorming’. België werd ingedeeld in drie Gewesten die eigen bevoegdheden zouden krijgen, onder meer inzake economische aangelegenheden. De politieke partijen konden het in 1970 echter niet eens worden over de grenzen van het gewest Brussel: de Vlamingen wilden, in tegenstelling tot de Franstaligen, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest werd opgericht in 1989. Het wordt bestuurd door de Brusselse Hoofdstedelijke Raad en de Brusselse regering. Lees meer
afbakenen tot de negentien gemeenten van het arrondissement Brussel-Hoofdstad en er geen volwaardig derde gewest van maken. Dit om Vlaamse minorisering in de Belgische staat te vermijden. Hierdoor werd de gewestvorming voorlopig niet uitgevoerd, en dat tot groot ongenoegen van Wallonië, dat van economische gewestvorming veel heil had verwacht.

In 1974 realiseerde de regering-Tindemans een ‘voorlopige gewestvorming’. De Franstaligen legden zich erbij neer dat de grenzen van het Gewest Brussel ‘voorlopig’ afgebakend werden tot het gebied van het administratieve arrondissement Brussel-Hoofdstad. De grenzen van het Vlaamse Gewest waren die van het Nederlandstalig taalgebied, die van het Waals Gewest het Franse en Duitse taalgebied. De gewesten kregen door de wet van 1 augustus 1974 een eigen ‘gewestraad’ die voor een aantal ‘grondgebonden aangelegenheden’, zoals gewestelijke economische expansie, huisvestingsbeleid en ruimtelijke ordening, een adviserende bevoegdheid kreeg. Dit in tegenstelling tot de cultuurraden Cultuurraden
Lees meer
, die in 1970 wetgevende bevoegdheid voor de aan de cultuurgemeenschappen overgedragen bevoegdheden hadden verworven. De voorlopige Vlaamse Gewestraad Vlaamse Gewestraad
Lees meer
, samengesteld uit de Nederlandstalige senatoren, vergaderde tussen 1974 en 1977 hoofdzakelijk in het Stadhuis van Mechelen. Na het ontslag van de regering-Tindemans werden de gewestraden samen met het nationale parlement op 9 maart 1977 ontbonden. Het experiment van de ‘voorlopige gewestvorming’ was geen succes en de wet van 19 juli 1977 schafte de voorlopige gewestraden af.

Na moeizame onderhandelingen en veel politieke crisissen slaagde Wilfried Martens Martens, Wilfried
Lees meer
erin om op 8 augustus 1980 een nieuwe staatshervorming op basis van twee soorten ‘deelstaten’ te realiseren: de drie cultuurgemeenschappen werden omgevormd tot drie ‘gemeenschappen’ en naast deze ‘gemeenschappen’ zagen het Gewest Vlaanderen en het Gewest Wallonië het licht. In tegenstelling tot de gemeenschappen – staatkundige entiteiten die voor bepaalde aangelegenheden ook in Brussel bevoegd zijn – zijn de gewesten territoriaal afgebakende gebieden waarvan de bevoegdheid grotendeels beperkt is tot de grenzen van het gewest. Het Vlaamse Gewest omvatte het grondgebied van de provincies Antwerpen, Limburg, Oost- en West-Vlaanderen en van de administratieve arrondissementen Halle-Vilvoorde en Leuven – de huidige provincie Vlaams-Brabant. Pas in 1989 zou ook het Brussels Gewest opgericht worden.

De nieuwe politieke deelstaten kregen bevoegdheden die betrekking hadden op grondgebonden aangelegenheden zoals ruimtelijke ordening, leefmilieu en economisch beleid. Ze werden ook belast met de organisatie van de procedures en de uitoefening van bepaalde onderdelen van het administratief toezicht op de ondergeschikte besturen. Zoals de gemeenschappen kregen ook de gewesten een eigen parlement – gewestraad – en een eigen regering – gewestexecutieve – en financiële middelen voor de uitoefening van de toegewezen bevoegdheden.

Op 8 augustus 1980 ontstond naast de politieke entiteit Vlaamse Gemeenschap dus ook de politieke entiteit Vlaams Gewest, met een eigen parlement en een eigen regering. Vlaanderen besloot echter onmiddellijk dat de Vlaamse Gemeenschap ook de bevoegdheden van het Vlaams Gewest zou uitoefenen, waardoor er sindsdien één Vlaams parlement Vlaams Parlement
Het Vlaams Parlement is de parlementaire vergadering van de Vlaamse deelstaat in het federale België. Zijn geschiedenis kent drie grote fasen: de periode van de Cultuurraad voor de Neder... Lees meer
en één Vlaamse regering Vlaamse Regering
De Vlaamse regering is de uitvoerende macht van de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest, geïnstalleerd na de staatshervorming van 1980 en aanvankelijk aangeduid met de term 'executie... Lees meer
bestaat.

De opdeling van België in twee soorten van deelstaten – gemeenschappen en gewesten – was nodig omdat Vlamingen en Walen een verschillende kijk op de federale staat hadden. Voor de Vlamingen was het streven naar culturele autonomie voor alle Nederlandstaligen, met inbegrip van de Brusselse Vlamingen, de belangrijkste drijfveer. Dat streven ligt aan de basis van de opdeling van België in drie gemeenschappen. De Walen, daarentegen, waren vooral vragende partij om een eigen sociaal-economisch beleid te kunnen voeren in de Waalse regio en hechtten minder belang aan de band met de Franstalige Brusselaars. Daarom ging hun aandacht vooral uit naar de gewestvorming. Om een compromis ‘à la Belge’ te bereiken, werden uiteindelijk twee soorten deelstaten opgericht.

De opeenvolgende staatshervormingen breidden de bevoegdheden van het Vlaamse Gewest systematisch verder uit – met onder andere delen van de arbeidsmarkt, fiscaliteit en dierenwelzijn – wat gepaard ging met een stijging van het budget. Door de feitelijke ‘fusie’ van Gemeenschap en Gewest belandden al deze middelen in één Vlaams budget, dat tussen 1980 en 2023 toenam van 1 tot 57 miljard euro.

Literatuur

– M. Goossens, Vijftig jaar Vlaams Parlement, Gent, 2021.

Suggestie doorgeven

1998: Gert Van Overloop

2023: Martine Goossens

Databanken

Inhoudstafel