Langlois, Jean

Persoon
Sam Van Clemen (2023, tekstredactie), Sam Van Clemen (1998)

Jean Langlois (1835-1860) was bediende bij een verzekeringsmaatschappij. Zijn veelzijdige vrijzinnig-progressieve arbeid bracht hem weldra in aanraking met het Brusselse liberale verenigingsleven, het Vlaemsch Liberael Kiesgenootschap en Vlamingen Vooruit. Langlois overleed op 25-jarige leeftijd ten gevolge van een longziekte.

Volledige voornaam
Jean B. L.
Geboorte
Antwerpen, 16 oktober 1835
Overlijden
Brussel, 1 mei 1860
Leestijd: 3 minuten

Langlois genoot onvolledig middelbaar onderwijs en hield zich daarna in samenwerking met de Antwerpse liberaal Pieter F. van Kerckhoven Van Kerckhoven, Pieter F.
Lees meer
bezig met culturele activiteiten. Langlois gaf les op een door De Olijftak De Olijftak
De Olijftak was een in 1835 opgerichte Antwerpse rederijkerskamer, die in de context van het ontluikende Vlaamsgezinde cultuurleven wilde aanknopen bij de bewonderde 16de-eeuwse rederijke... Lees meer
opgerichte zondagsschool voor arbeiders. Na zijn vertrek naar Brussel in 1855 werd hij bediende bij een verzekeringsmaatschappij.

In Brussel stelde Langlois zich dezelfde opvoedende taak. Zijn veelzijdige vrijzinnige, progressieve arbeid bracht hem weldra in aanraking met Brusselse progressieve liberalen als Eugène van Bemmel Van Bemmel, Eugène
Eugène van Bemmel (1824-1880) was hoogleraar aan de Université libre de Bruxelles. Hij schreef in het Frans, maar leerde Nederlands. Zijn flamingantisme vloeide voort uit zijn progressief... Lees meer
. Hij werd lid van het Vlaemsch Midden-Comiteit Vlaemsch Midden-Comiteit
Het Vlaemsch Midden-Comiteit (1849-1857) was een Vlaamsgezind genootschap in Brussel, dat ijverde voor de volledige vernederlandsing van het lager en middelbaar onderwijs in Vlaanderen.... Lees meer
(1849). Onder zijn impuls scheurde een groep liberale flaminganten (onder anderen Van Bemmel) zich af van het Midden-Comiteit en richtte in november 1857 het Vlaemsch Liberael Kiesgenootschap op, dat de Vlaamse kwestie zag als essentieel liberaal, omdat deze partij voorstander was van vrijheid en vooruitgang.

Belangrijk was Langlois' voordracht ‘Le mouvement flamand au point de vue politique’ (later verschenen in het tijdschrift Revue trimestrielle Revue trimestrielle
Revue trimestrielle was een driemaandelijks tijdschrift, dat in Brussel van 1854 tot 1869 verscheen. Het blad toonde haar hele bestaan een onverholen sympathie voor de Vlaamse beweging en... Lees meer
), die groot opzien baarde en aanleiding gaf tot de stichting van de vereniging Vlamingen Vooruit Vlamingen Vooruit
Vlamingen Vooruit was een Vlaamse en vrijzinnige organisatie in Brussel die in 1858 onder impuls van Eugène van Bemmel in Brussel werd opgericht. Het programma eiste de gelijkberechtiging... Lees meer
op 27 mei 1858. Hij behoorde tot de opstellers van het programma en de statuten van deze vereniging. Hij was hierbij gewonnen voor een federalistische hervorming van de Belgische staat. Opmerkelijk was dat Langlois, net als Vlamingen Vooruit, beweerde te streven naar eenheid onder alle Vlaamsgezinden, hoewel hij en andere leden tegenstanders van de klerikalen waren. Vlamingen Vooruit telde dan ook nooit aanhang onder de katholieke flaminganten.

Vlaamse beweging, sociale beweging

In enkele lezingen en artikels legde Langlois het verband tussen de verpaupering van de arbeidersklasse en het slechte functioneren van de staat. Toen er in 1858 sociale onrust uitbrak in Gent, bezocht hij samen met Emiel Moyson Moyson, Emiel
Lees meer
de arbeiders in de stad. Hij was doordrongen van het sociale element in de Vlaamse beweging en betreurde zeer dat de Waalse landgenoten geen beter inzicht hadden in de Vlaamse kwestie. Van Bemmel publiceerde na het overlijden van Langlois diens tekst ‘Wie zijn de revolutiemakers?’ in het tweede Jaarboekje van Vlamingen Vooruit in 1861. Hierin pleitte Langlois voor een sociale revolutie om komaf te maken met de onderdrukking van de arbeidersklasse. Deze revolutie moest op een geweldloze manier doorgang vinden door onder andere de arbeiders te laten deelnemen aan het staatsbestuur. Verder verdedigde Langlois de schoolplicht en veroordeelde hij liefdadigheid omdat dit aanzette tot luiheid.

Langlois publiceerde in 1859 in naam van Vlamingen Vooruit in de Revue trimestrielle een antwoord op het tegenrapport van minister Charles Rogier Rogier, Charles
Charles Rogier (1800-1885) was een liberale politicus die meermaals een functie als minister of regeringsleider bekleedde. In zijn streven naar een sterke, geünificeerde en op termijn een... Lees meer
over het verslag van de zogenaamde Grievencommissie Vlaemsche Commissie
De Vlaemsche Commissie of Grievencommissie inventariseerde op vraag van de regering in 1856-1857 voor de eerste keer de problemen in verband met de positie van het Nederlands in België en... Lees meer
. Hierin ontkende Langlois het bestaan van een Belgisch volk en stelde hij dat Vlamingen en Walen alleen konden samenleven als ze elkaar respecteerden. Hij behoorde tot degenen die een onafhankelijk België verdedigden, maar in die gegeven staatkundige situatie tot een gelijkwaardige plaats voor Vlamingen en Walen wilden komen.

Langlois overleed op 25-jarige leeftijd ten gevolge van een longziekte.

Werken

– Artikelen in Revue trimestrielle, Het Letterblad en Volksblad.
– Wie zijn de revolutiemakers?, in: Een Jaerboek voor het volk, 1861.
– Talrijke onuitgegeven werken werden opgenomen en besproken in E. van Bemmel, Jean Langlois, in: Revue trimestrielle, jg. 39, 1861, pp. 268-287.

Literatuur

– E. Gubin, Bruxelles au XIXe siècle : berceau d'un flamingantisme démocratique (1840-1873), 1979.
– M. Bots, Bibliografie van de liberale tijdschriften. Bibliographie des revues libérales. Revue trimestrielle (1854- 1868), 1994.

Suggestie doorgeven

1973: Michel Oukhow (pdf)

1998: Sam Van Clemen

2023: Sam Van Clemen

Inhoudstafel